Inleiding

In het buurtschap Engeland lopen we bij herhaling aan tegen problemen op het gebied van verkeer. Het eerste probleem is de verkeersveiligheid (Engelanderweg), tweede probleem is de geluidsoverlast door de aard van het wegdek (Engelanderholt) en ten derde het constante gezoem dat wordt veroorzaakt door de nabijheid van de snelwegen A1 en A50. In een paar artikeltjes is al ruimschoots ingegaan op de verkeersveiligheid van de Engelanderweg en op de geluidsoverlast van de Engelanderholt. In dit artikel is het verkeersgeluid zoals dat in het hele buurtschap Engeland wordt ervaren onderwerp van aandacht.

Situatie
Het buurtschap Engeland, gelegen in het westelijk buitengebied van beekbergen, ligt verkeerstechnisch gezien op een locatie die bij menig transportondernemer de speekselklieren zullen doen activeren; door de directe nabijheid van zowel de A1 als de A12 is mobiliteit gegarandeerd. Naast deze rijkswegen liggen er nog een aantal vrij drukke provinciale wegen.
Relevant tegen het licht van dit onderwerp is ook dat dit halfopen gebied Engeland tussen de snelwegen en het Veluwe-massief ligt. Het terrein is glooiend en geleidelijk oplopend tot tientallen meters boven NAP.
Vanuit de media is meer dan bekend dat al deze economische slagaderen, hoe noodzakelijk ook, minder plezierige neveneffecten met zich meebrengen, denk aan uitstoot van fijnstof, ammoniak en broeikasgassen en aan horizon- en lichtvervuiling. In het volgende artikel wil ik me beperken tot de geluidsoverlast.

Sonore Brom
Verkeersgeluid wordt over het algemeen alleen dan als een serieus probleem ervaren wanneer het heel veel decibels betreft en heel dichtbij de bron opgevangen wordt. In die gevallen is het onderwerp van nadere studies en reducerende maatregelen en gemakkelijker bespreekbaar. Wanneer de afstand tot de bron, en het volume dienovereenkomstig afneemt blijft er echter nog steeds een constante, monotone bromtoon over die vergelijkbaar is met het geluid dat windmolens produceren; het geluid is er, maar moeilijk is te duiden in welke mate er sprake is van overlast. Deze overlast is ook afhankelijk van de context van waar het wordt opgevangen; in verstedelijkt gebied wordt een sonore brom al snel overstemd door meer dynamische geluiden en worden geluiden minder snel als storend ervaren. In een natuurlijk(er) omgeving horen geluiden uit de gecultiveerde wereld niet thuis en worden eerder als ongewenst ervaren. Je verwacht, ongeacht de tijd van de dag, uitsluitend het ruisen van de wind door de vegetatie, desnoods het vallen van regendruppels, vogelgeluiden en je eigen voetstappen te horen. Voor sommigen is dit een schrikbeeld, voor anderen een reden om zich terplekke te vestigen of er te gaan recreëren.

Historie
Toen ik een 30-tal jaren geleden in Engeland kwam wonen was één van de meest opvallende aspecten de vrijwel volmaakte nachtelijke stilte. Er zijn sindsdien een aantal aspecten aan het verkeer drastisch veranderd. Allereerst is daar de intensiteit; destijds was het verkeer gedurende de nacht en in de weekenden nauwelijks vermeldenswaard. Tegengesteld aan deze ontwikkeling is de ontwikkeling van de technische mogelijkheden: steeds stiller wordende vervoermiddelen en steeds stiller asfalt. Daarnaast worden er geluidswerende maatregelen genomen om de extreme overlast in de directe omgeving beneden wettelijke normen te houden. In dat laatste geval moet gedacht worden aan verdiepte aanleg van de wegen en aan geluidswallen of geluidsschermen.

Akoestiek
Blijkbaar is het netto-effect van alle ontwikkelingen onder de streep toch negatief en worden we sluipenderwijs toegedekt met een wollige deken van niet te stoppen achtergrondgeruis en –gebrom. Geluidsoverlast is een moeilijk grijpbaar fenomeen, allereerst omdat het heel sterk persoons- en situatie gebonden is; harde feestgeluiden van het feest waar je zelf te gast bent zijn veel minder storend dan het veel minder luide geroezemoes van een soortgelijk feest waarvoor je niet was uitgenodigd of waarvan de muziekstijl niet de jouwe is. Daarnaast gedraagt geluid zich ook van situatie tot situatie anders: windrichting, luchtvochtigheid, terreingesteldheid, dempende of weerkaatsende omstandigheden kunnen niet alleen per seizoen maar zelfs van moment tot moment verschillen.

Vaak wordt een relatie gelegd tussen geluidbeperkende maatregelen relatief dichtbij de bron (geluidsschermen) en de overlast op grotere afstand. Het idee is dat geluidsschermen als een soort spoiler werken en daarbij de directe omgeving van de snelweg ontlasten, maar dat dit daardoor juist verderop neerdaalt.

Oproep
Interessante materie die langzamerhand voor de bewoners van de Buurtschap Engeland echt een issue gaat worden. Het onderwerp is zeker complexer dan in eerste instantie gedacht wordt en vraagt om nadere beoordeling en deskundige inbreng. Heeft iemand suggesties?

SBNE-Beekbergen
Cie. Verkeer

 

Bron: Jaarverslag 2013 Wijkraad Zuid-Oost
Geluidsscherm langs de snelweg A1en aanleg van weefvakken/fly-over A1
In de loop van 2010 heeft Rijkswaterstaat voorlichtingsbijeenkomsten gehouden voor bewoners van de buurten De Velden, De Donken en de Hoeven over de aanleg van zgn. weefvakken langs de A1 en de aanleg van een fly-over ter hoogte van het knooppunt Beekbergen. Tijdens deze bijeenkomsten werden er door een groot deel van deze bewoners klachten geuit over de toename van geluidsoverlast na de aanleg van het geluidsscherm langs de A1 door Rijkswaterstaat in 2009. Er werd gevraagd dit scherm te verhogen en te verlengen tot aan het viaduct over het Apeldoorns kanaal. Ook bestaat er vrees voor extra licht- en stofoverlast door de aanleg van de weefvakken en de fly-over.

De Wijkraad Zuidoost heeft hierover een zienswijze ingediend bij Rijkswaterstaat.

Hierop is in 2012, ondanks vragen onzerzijds aan RWS, nog geen reactie over de voortgang vernomen. Wel is in 2012 duidelijk geworden dat de plannen voor verbreding van de A-1 en aanleg van een zogenaamde fly-over wegens de recessie voorlopig bevroren zijn.

Als laatste bericht kan gemeld worden dat de Wijkraad eind 2013 telefonisch bericht heeft ontvangen van Rijkswaterstaat dat hierop in april 2014 verdere voortgang volgt.